Nieuws

Een circulaire impuls aan de openbare ruimte in naoorlogse wijken

Een van de doelstellingen uit de Nationale Omgevingsvisie (NOVI) is dat Nederland in 2050 circulair moet zijn. Er ligt veel focus op gebouwen, terwijl de kansen in de openbare ruimte in huidige plannen onderbelicht zijn. Daarom brachten wij, in samenwerking met de Gemeente Leiden, W/E adviseurs, Superuse Studios en Other Spheres, in kaart hoe circulariteit centraal kan staan in het ontwerp van de openbare ruimte. De focus van dit onderzoek, mede mogelijk gemaakt door het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie, ligt op naoorlogse buurten.

Een groot deel van de ecologische voetafdruk van gemeenten wordt veroorzaakt door het ontwerp en de aanleg van de openbare ruimte. Daarnaast is openbare ruimte de plek die koppelkansen biedt om circulariteit en andere duurzaamheidsthema’s aan te pakken. Daarom onderzochten wij hoe de stappen van een circulair proces kunnen bijdragen aan grotere transities in de openbare ruimte, zoals het CO2-verlaging, klimaatadaptiviteit, wateroverlast en hittestress.

Naoorlogse wijken

Naoorlogse wijken zijn in rap tempo opgebouwd met praktische toepassing als uitgangspunt. Deze wijken kennen daarom een grote hoeveelheid verharding, die vaak bestaat uit materialen zoals asfalt en beton met een grote milieu-impact. We moeten deze locaties echter niet beschouwen als plekken met een grote impact op het milieu, maar juist zien als rijke materiaalbronnen.

Om een goed beeld te schetsen van de openbare ruimte in de naoorlogse wijken is gekozen voor een palet van vijf openbare ruimte typologieën, die veel voorkomen in Nederland. Momenteel zijn deze vaak functioneel ingericht met veel ruimtebeslag van bestrating en auto's (opslag en gebruik). Dit zijn de openbare ruimtes waar in de komende decennia rioolvervanging nodig is, wat de kans biedt voor toekomstbestendige herinrichtingen met meer aandacht voor biodiversiteit, energietransitie, circulariteit en mobiliteitstransitie. Zo ontstaat een aantrekkelijkere en betere leefomgeving.

Een circulaire keten

Een verschuiving van lineaire naar circulaire processen is een belangrijke voorwaarde voor het reduceren van de impact van klimaatverandering. Er zijn meerdere veranderingen nodig voordat de circulaire principes in de praktijk succesvol kunnen worden. Allereerst is het nodig dat we de huidige materialen op waarde schatten en de (naoorlogse) wijken zien als materiaalbronnen.

 

Verminderen en hergebruiken

Voor elk straatprofiel zijn verschillende varianten ontwikkeld, en uiteindelijk is het meest extreme scenario met het grootste effect gekozen: de hoeveelheid verhard oppervlak in deze wijken kan tot 50% worden verminderd. 

Opslag

Als we de hoeveelheid materiaal in de openbare ruimte verminderen, ontstaat er een overschot. Dit overschot moet ergens worden opgeslagen. Een klein onderdeel van dit onderzoek betreft het concept voor een hubsysteem. Een systeem waarin materialen, zo lokaal mogelijk, opgeslagen kunnen worden opgeslagen tot ze ergens opnieuw kunnen worden gebruikt. Op basis van het literatuuronderzoek en de gehouden interviews zijn er drie hub-typologieën naar voren gekomen, die elk op een andere schaal opereren. 

Circulariteit is nooit een op zichzelf staande transitie

 

Een verschuiving van lineaire naar circulaire processen is een belangrijke voorwaarde om de gevolgen van de klimaatverandering te beperken. Voor sommige stappen zijn complexe systeemveranderingen nodig. De enige manier om een echte impact te maken is de onderstaande transities te integreren bij het ontwerpen van een circulaire openbare ruimte. Al deze transities zullen gevolgen hebben voor het dagelijks leven van de bewoners. Daarom is ook een culturele mind shift nodig bij zowel bewoners als politici om ruimte te bieden voor de transities. Participatie, inclusiviteit en educatie zijn daarbij belangrijke elementen. In de bijlagen vond het rapport worden al deze transities nader toegelicht.