Nieuws

Ontwerpen met en voor een vitale bodem in stedelijke gebieden

Een gezonde bodem, die leeft en functioneert als een organisme, speelt een cruciale rol bij het ondersteunen van ecosystemen, het reguleren van het klimaat en het in stand houden van het leven op aarde. Het vormt de basis waarop onze steden zijn gebouwd. Het is van vitaal belang om deze essentiële hulpbron op te nemen in onze ontwerpen, modellen en concepten voor straten, parken en gebouwen, om zo een duurzame toekomst te realiseren. Als ontwerpers zijn we echter nog niet gewend om de ondergrondse wereld te betrekken bij onze ontwerpprocessen. We hebben daarom een handboek ontwikkeld voor stedenbouwkundigen en andere professionals in de bouwsector, die circulaire en regeneratieve openbare ruimtes willen creëren die de bodem ondersteunen in plaats van uitputten. Dit onderzoek is mede mogelijk gemaakt door het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie.

Een gezonde, oftewel vitale, bodem is een integraal onderdeel van het ecosysteem en heeft regeneratieve eigenschappen die jarenlang ecosysteemdiensten kunnen leveren. Een vital bodem fungeert als een spons en zorgt voor waterinfiltratie, buffering en langdurige wateropslag. Het ondersteunt biodiversiteit, werkt samen met natuurlijke processen en biedt ruimte aan de natuur. Daarnaast biedt het plaats aan een goed georganiseerd ondergronds infrastructuursysteem dat meerdere functies vervult en tegelijkertijd negatieve impacten minimaliseert.

 

Bij het ontwerpen met en voor de bodem is het belangrijk om te beginnen met het begrijpen van de bestaande bodemomstandigheden en de ambities voor de locatie, rekening houdend met de verschillende belanghebbenden. In ons onderzoek hebben we ons gericht op drie aspecten die van invloed zijn op de bodem: water, organisch materiaal en infrastructuur.

Casus: Westblaak

Om ons onderzoek te verankeren in de praktijk, hebben we de transformatie van Westblaak als testcase gebruikt. Rotterdam werkt momenteel aan acht stadsprojecten die onderdeel zijn van klimaatadaptatieplannen om effectief om te gaan met extreme hitte en neerslag. Deze projecten benadrukken 'nature-based' benaderingen, waarvan de transformatie van Westblaak er één van is.

De toekomstige ambitie voor Westblaak is om het te veranderen in 'Blaakpark', een recreatieve ruimte die tevens dient als klimaatmitigatiemaatregel. Op dit moment is het gebied grotendeels verhard, met slechts 12,5% groene ruimte. De bestaande vegetatie draagt niet significant bij aan het verminderen van hittestress en er is sprake van waterafvoer tijdens hevige regenval. 

Daarnaast wordt de ondergrond van Westblaak ingenomen door talloze kabels en leidingen. Er zijn ook verschillende concurrerende ambities en doelen op zowel stedelijk als projectniveau die moeten worden afgewogen. Om deze diverse ambities te verhelderen en een holistisch begrip te krijgen van de optimale omstandigheden die nodig zijn voor de verschillende ecosysteemdiensten die de bodem biedt, hebben we drie extreme scenario's geschetst.

Scenario 1: Maximale klimaatadaptatie

Om hevige regenval en hitte als gevolg van klimaatverandering te kunnen weerstaan, wordt Westblaak voorzien van meer doorlatende oppervlakken, een waterbuffer en ondergrondse wateropslag. In dit scenario wordt het een typisch Rotterdams "singelpark", waarbij de ene zijde recreatieve en sportieve activiteiten huisvest, terwijl de andere zijde behouden blijft als een natuurlijk gebied met waterbestendige vegetatie en beperkte toegang om de bodemdoorlaatbaarheid te behouden. Fluctuaties in het waterpeil aan de oppervlakte kunnen worden waargenomen langs de randen, en de stedelijke waterbuffer wordt een lokaal herkenningspunt met een waterplein dat de openbare ruimte in de zomer koelt. 's Nachts wordt overtollig water uit de oppervlaktebuffer gebruikt om planten te irrigeren en sijpelt geleidelijk in het grondwater, waardoor de behoefte aan grote rioolbuizen wordt verminderd.

Scenario 2: Maximale biodiversiteit

Dit scenario richt zich op het vergroten van de biodiversiteit zowel onder als boven de grond. Er wordt meer ruimte gecreëerd in de meest vruchtbare bovenlaag van de bodem door de ondergrondse infrastructuur dieper te plaatsen. Verschillende complementaire bodemtypen worden geïntroduceerd naast de bestaande bodem, en de vegetatie wordt daarop afgestemd. Prioriteit wordt gegeven aan planten die een breed scala aan soorten ondersteunen en gunstige schimmelinteracties mogelijk maken. Bomen van verschillende leeftijden worden gemengd en groene plekken worden gegroepeerd tot een brede groene strook om optimale groeiomstandigheden te bieden. Geveltuinen zijn verbonden met de groenstrook onder het trottoir, en groene gevels vormen een verbinding tussen daken, waardoor een samenhangend ecosysteem ontstaat. Westblaak verandert in een stedelijk bos waar openbare ruimte en gebouwen elkaar wederzijds verrijken.

Scenario 3: Maximale circulariteit

Ontwerpproeven in dit scenario richten zich op het laten groeien van het ecosysteem van Westblaak in de loop van de tijd, met behoud van bestaande elementen. Het ontwerp staat toe dat vegetatie zich ontwikkelt door natuurlijke successie met minimale ingrepen. In de eerste fase wordt een deel van Westblaak onverhard gemaakt en worden voedingsstoffen toegevoegd om de bodem vruchtbaarder te maken. Pioniersoorten worden geplant om de bodem voor te bereiden op de uiteindelijke introductie van laat-successiebomen. Op basis van de heersende bodemomstandigheden op dat moment bepalen ontwerpers van de openbare ruimte de geschikte locaties voor boomplanting (en behoud). Op deze manier wordt Westblaak een voortdurend evoluerende openbare ruimte. Verouderde infrastructuurelementen krijgen nieuwe doeleinden, zoals het hergebruiken van een autotunnel voor wateropslag, waardoor het wordt omgevormd tot een levendige ontmoetingsplaats, en het hergebruiken van verwijderde rioolbuizen om ondergrondse groene plekken met elkaar te verbinden.

De rol van stedenbouwkundigen

De kijk van moderne stedenbouwkundigen op de bodem is vaak eendimensionaal geweest. De ondergrond werd gezien als een ruimte voor ingenieurs, waar de technische voorzieningen die de stad draaiende houden een plaats kregen, uit het zicht. In de afgelopen jaren is de rol van stedenbouwkundigen geëvolueerd naar integratie: het integreren van conflicterende ruimtelijke claims, het opbouwen van consensus en het ontwerpen van leefbare ruimtes voor iedereen. Het begrijpen van hoe je kunt ontwerpen met en voor de bodem vereist een collaboratieve en interdisciplinaire aanpak waarbij nauw wordt samengewerkt met experts uit relevante vakgebieden zoals bodemkunde, hydrologie, ecologie en landschapsarchitectuur. Deze benadering zorgt ervoor dat bodemoverwegingen worden geïntegreerd in alle aspecten van het ontwerpproces en dat de ontwikkelde oplossingen sociaal en milieutechnisch rechtvaardig zijn. Samen kunnen we steden creëren die niet alleen mooi en functioneel zijn, maar ook duurzaam en veerkrachtig, ten behoeve van zowel mensen als de planeet.