Hoe kan de Amsterdamse Bullewijk een levendiger straatbeeld krijgen en de aangrenzende wijken Bijlmer-Centrum en Amstel III beter verbinden? In opdracht van het O-team van het Ministerie van Binnenlandse Zaken onderzochten we de ontwikkelkansen voor het metrostation. Bullewijk in Amsterdam Zuidoost en haar directe omgeving. Het spoor waaraan Station Bullewijk zich bevindt, vormt de scheidslijn tussen twee wijken, Amstel III en de H-Buurt, ieder met hun kwaliteiten en opgaven. Door een nieuwe, informele laag aan de huidige infrastructuur toe te voegen, en te ontwikkelen tot centraliteit van nieuwe projecten, kunnen de verschillende wijken in Zuidoost groeien naar een verbonden Amstelstad.

De Amsterdamse Bullewijk is een gesloten buurt waar infrastructuur de stedelijkheid domineert, en de bereikbaarheid belangrijker is dan de leefbaarheid. Bullewijk werd ontworpen volgens een plan dat de toegankelijkheid van auto’s prioriteit gaf, wat resulteerde in een slechte infrastructuur die stedelijke ontwikkeling overmeesterde en tegenwoordig ervaren wordt als een gebrek aan menselijke schaal. De wijk kenmerkt zich door gescheiden ontwikkelingen en monofunctionele wijken. Het spoor waar Station Bullewijk aan ligt vormt een barrière in plaats van een ruggengraat voor ontwikkelpotentie.

Om ervoor te zorgen dat het gebied van gesloten naar open gaat, moeten sterke verbindingen met nabije projecten gecreëerd worden. Deze garanderen maximale doorstroming, wat zorgt voor meer uitwisseling en ontmoeting tussen de wijken, waardoor Bullewijk levendiger en aangenamer wordt. De grens van de wijk geldt niet langer als eindpunt, maar als pitstop. Nieuwe ontwikkelingen richten zich naar de straat in plaats van naar binnen, en een diversificatie programma zorgt ervoor dat wijken van monofunctioneel naar multifunctioneel transformeren. Het spoor wordt een levendig knooppunt, en verandert daarmee van obstakel tot ruggengraat voor ontwikkeling van het gebied.

1/5

Zie ook