Nieuws

Ruimtelijke Impact Energiescenario’s 2050

Samen met Generation.Energy deden wij ontwerpend onderzoek naar de ruimtelijke effecten van vier mogelijke toekomstbeelden voor klimaatneutrale energievoorziening in 2050. Dit onderzoek liep parallel aan het onderzoek van Berenschot en Kalavasta, in opdracht van Netbetheer Nederland, waarin deze scenario’s werden ontwikkeld. Elk scenario heeft een andere impact op de leefomgeving, vooral doordat het ruimtegebruik per scenario sterk kan variëren in grootte en locatie. Wij brachten de ruimtelijke effecten per scenario en per gebiedstype in beeld, en illustreerden hiermee de invloed op stedelijk gebied, landelijk gebied, industrie & haven en zee- en kustgebied. Beide onderzoeken zijn op 15 april naar de Tweede Kamer gestuurd.

Vastgestelde scenario’s


De volgende scenario’s werden vastgesteld in het onderzoek ‘Klimaatneutrale energiescenario’s 2050’, ieder uitgaande van een andere schaal van governance:
- Scenario Regionale sturing
- Scenario Nationale sturing
- Scenario Europese CO2-sturing
- Scenario Internationale sturing

Theoretische mogelijkheden

Deze energiescenario’s vormen de basis van de ruimtelijke weergave van de scenario’s. Per scenario is onderzocht wat er nodig is, om vervolgens te kijken naar wat er ruimtelijk en theoretisch mogelijk is. Om de ruimtelijke impact in kaart te brengen is per scenario onderzocht wat het ruimtebeslag is voor de energievoorziening, door te analyseren hoeveel ruimte nodig is voor productie, opslag, transport en distributie. De benodigde hoeveelheid ruimte kan worden vergeleken met de theoretische benutbare ruimte om te zien of er voldoende is. Het theoretisch benutbaar oppervlak wordt in kaart gebracht naar aanleiding van drie filters: beperkingen, potentie en mogelijke koppelingen met de kwaliteit van de leefomgeving.

Ruimtelijke toerekeningen


Vervolgens is per scenario naar deze filters gekeken, en wat de ruimtelijke gevolgen hiervan zijn. Het onderzoek biedt inzicht in het mogelijke ruimtebeslag, en wat mogelijk ruimtegebrek zou kunnen zijn voor zon, wind, geothermie en biomassa. De grote ruimtelijke verschillen tussen de scenario’s hebben te maken met regionale of nationale sturing en de mate waarin grote aaneengesloten energielandschappen kunnen worden gerealiseerd. Ook speelt de mate waarin Nederland afhankelijk is van internationale energienetwerken en leveranciers mee. Dit heeft weliswaar minder grote effecten op de ruimtelijke claims van opwek in Nederland, maar legt wel een belangrijk beslag op transportnetwerken en Europese of mondiale opwekcapaciteit. Door de verschillende keuzes naast elkaar te zetten kunnen we zien waar de grootste veranderingen, kansen en knelpunten liggen.

Scenario Nationale sturing

Een van de scenario’s gaat uit van governance op nationaal niveau, waarbij veel grootschalige, regionale initiatieven en systeemkeuzes nationaal worden genomen. Dit scenario kent de grootste hoeveelheid opwek energie uit zon en wind, zowel op land als op zee. Het hoogspanningsnetwerk zal groeien, waarbij er een groot aandeel elektrolyse en de ontwikkeling van een centraal waterstofnetwerk zal plaatsvinden. De groei van de industrie stagneert en verduurzaamt.