HHH een jaar na dato: hubs in de bestaande stad
Hubs in de bestaande stad vormen een oplossing voor veel stedelijke vraagstukken. Denk aan het verbeteren van de bereikbaarheid tot aan een schonere lucht. Maar hoe realistisch is het dat we binnenkort hubs op iedere straathoek zien verschijnen? Emile Revier, partner bij PosadMaxwan: “Voor meer hubs in bestaande gebieden zijn lange termijn strategieën voor het realiseren van hubnetwerken hard nodig. Niet in een paar steden, maar op zoveel mogelijk plekken.” Ontwerper Stefano Agliati vult aan: “Algemene richtlijnen die per gemeente zelf op maat toe te passen zijn; dat zou een belangrijke stap zijn in het versneld uitrollen van hubs in een stad.”
“Voor meer hubs in bestaande gebieden zijn lange termijn strategieën voor het realiseren van hubnetwerken hard nodig.”
“We hebben het afgelopen jaar veel pilot projecten gezien, en ook aan die strategieën wordt hard gewerkt. Amsterdam en Rotterdam nemen duidelijk de lead in deze ontwikkeling,” aldus Stefano. “Voor Zeeburgereiland in Amsterdam hebben we bijvoorbeeld een inventarisatie gemaakt van de deelmobiliteit die nodig is, maar ook van functies die je kunt toevoegen aan een hub. Daarna hebben we verschillende scenario’s gemaakt, variërend van meer focus op mobiliteit, of juist meer op openbare ruimte.” Heel praktisch dus. Emile: “Voor de G5 hebben we ons juist meer op theorie gestort. We hebben onderzoek gedaan naar het inpassen van hubs in oudere wijken. In nieuwe gebiedsontwikkelingen kun je hubs meteen meenemen in de plannen, maar dat is anders in deze wijken. De kennis die we daar hebben opgedaan helpt enorm bij onze andere hub projecten.”
Optimisme, kennis en plannen genoeg dus. “Hubs op iedere straathoek is wat veel,“ volgens Emile. “Maar wel op strategisch gekozen locaties, als onderdeel van een netwerk. Laten we nu vooral in actie komen en op grotere, regionale schaal gaan denken. En hubs tegelijkertijd inzetten voor de sociale cohesie, met functies voor de buurt. Ook het koppelen van energieopgaven aan hubs, met opslag en afgifte van stroom, zien we nog als een waardevolle aanvulling.”
